Je verwacht het misschien niet, maar zelfs als een navorderingsaanslag onder de € 450-grens blijft, mag de Belastingdienst deze opleggen. En als je zelf om een correctie vraagt, kun je later geen beroep doen op het correctiebeleid. Een recente rechtszaak bevestigt dit.
Wat was het probleem?
Een belastingplichtige diende zijn inkomstenbelastingaangifte 2021 in en gaf een belastbaar inkomen van € 25.076 op. Later besefte hij dat hij extra inkomsten uit overige werkzaamheden moest doorgeven en diende een herziene aangifte in. Hierdoor steeg zijn belastbaar inkomen naar € 26.648. De Belastingdienst legde daarop een navorderingsaanslag op. Na bezwaar werd het belastbaar inkomen verlaagd naar € 25.531, wat resulteerde in een teruggave van € 458.
Wat wilde de belastingplichtige?
Hij beriep zich op het correctiebeleid van de Belastingdienst. Dit beleid zegt dat navorderingsaanslagen met een correctie onder de € 450 niet worden opgelegd, omdat dit onder de zogenaamde irritatiegrens valt. Zijn argument: de correctie zat onder deze grens, dus de navordering had niet mogen plaatsvinden.
Wat zei de rechter?
De rechtbank ging hier niet in mee. De belastingplichtige had zelf om de correctie gevraagd door een herziene aangifte in te dienen.
- De irritatiegrens geldt alleen als de Belastingdienst zélf een correctie oplegt.
- Als je zelf een correctie aanvraagt, kun je later niet zeggen dat deze niet opgelegd had mogen worden.
- Het argument “ik had die herziene aangifte eigenlijk niet willen doen” houdt geen stand. Als je de benodigde handelingen verricht, moet je de gevolgen accepteren.
Wat betekent dit voor jou?
- De irritatiegrens biedt geen bescherming als je zelf om een correctie vraagt.
- Let goed op voordat je een herziene aangifte indient.
- Een kleine correctie kan alsnog leiden tot navordering.
Wil je weten of een correctie gevolgen heeft voor je aangifte? We helpen je hier graag bij, neem gerust contact met ons op.